Ruben Bakermans (alias Hans)
Ruben kwam binnenlopen en dankzij zijn looks werd hij direct omgedoopt tot Hans (u weet wel, Teeuwen). Gaat (zeker) na de A-teampresentatie in Bremen tevens als ‘Das Gesicht’ door het leven. Is spiritueel, sensationeel en seksueel. Hans verrast daarnaast van achter zijn turbosurdo met exquise outfits, kekke brillen en mooie vrouwen. Deze surrogaatsint is bovendien vanuit zijn professie goed met mensen met problemen, dus is Hans een welkome aanwinst.
Dirk Beekmans (alias Driekus)
Groepsgek, tuinman, choreograaf, dronkelap… een manusje van alles, die Dirk. Binnen de club houdt hij als penningmeester een (te) scherp oog op de kas. Behalve voor een setje uitgerangeerde stropdassen, of enig ander idee dat alleen d’n Driek leuk vindt. Dirk poogt bij ieder ritme een bijbehorende danspas te verzinnen. Met wisselend succes. Geldt ook voor zijn grappen. Kan blijkbaar NOG STEEDS geen triolen slaan.
Paul van Boerdonk (alias Fonske)
Vaak wordt deze snelle trees vanwege zijn smoothe, coole voorkomen verward met ‘The Fonz’. Maar ons Fonske is gewoon Paul van Boerdonk/Boekel/Uden. De blitse bikkel kreeg de zware taak om Jelle op te volgen op timba. Werd stiekem om een andere reden ingelijfd: Sambanda wil klassieke piratenhits als Captain Phallus weer uit de platenkast trekken en Paul heeft een papegaai. Winst!.
Joris Biemans
Hoewel het jong grut binnen de club wat van hun jeugdigheid verliest, compenseert Joris dit steeds vaker met zijn schelmachtige strapatsen. Zijn digitale fotobewerkingskunsten neemt hij echter bloedserieus, wat goed van pas komt voor sites, posters, banners, stickers, trommels en de Sambanda naaktkalender van 2018. Ook weer haaks op die constante kwaliteit staat zijn Samba Cinco motto: ‘un bietje chabby’! Wat een vlegel.
Jan van de Burgt
Jan is een man van extremen. Hij schreeuwt het lompst, is het best geschapen, puilt uit van de testosteron en deelt tientallen euro’s uit aan bedelaars in Madrid. Met zijn partner in crime Sjors verzint hij en passant nieuwe moves en snerpt hij de club op repetities toe. Jan is de March of Madness. De beste manier om Jan in één woord te beschrijven is middels zijn eigen stopwoord: LOCHT!
Raymond Dekkers
Sinds Statler zijn surdo aan de wilgen heeft gehangen was deze Waldorf ineens de nestor op zijn instrument. In de praktijk moet Raymond nog wel eens tot de orde worden geroepen door zijn young grasshopper Ruud. Maar op surdo heerst Raymond. Dat doet hij tegenwoordig ook op piano’s, gitaren en touwtjespringcompetities. Raymundo gedraagt zich nog steeds niet naar zijn leeftijd en is nog steeds heel dankbaar jegens de plaats waar hij speelt. Soms things never change!
Roel van den Heuvel
Kapitein Roodbaard is een verre neef van Captain Phallus, en Roel liefkoost in gebaar dikwijls de fallus. Toeval…? In zijn vrije tijd klust hij bij als MC El Roello Loco, maar bij Sambanda is hij vooral bezig met randzaken. Schreeuwen bijvoorbeeld. Of bowlen. Of dieren nadoen. Ziet u een vette move tijdens een optreden van Sambanda, dan komt ‘ie waarschijnlijk niet van deze choreograaf. Denkt u “WTF IS DIT”, dan waarschijnlijk wel.
Teun van den Heuvel
Is de meest gediplomeerde van een band automatisch de beste? De vraag stellen is hem beantwoorden. Absoluut, niet relatief. Wil zich (daarom?) overal mee bemoeien en doet dat ook. Teun poogt meermaals nieuwe muzikale voorzetjes te geven, waar vaak met gestrekt been een einde aan wordt gemaakt. Slaat op repetities vaak van alles, maar vaak ook gewoon nergens op. Degelijke vice-president, waardeloze solist.
Gijs van Hoogstraten
Criminelen staan geregistreerd met vingerafdruk, Gijs ‘volle maan’ van Hoogstraten met zijn achterwerk. Gijs kan een aardig potje trompet spelen en doet dat dan ook veel te vaak. Een Bourgondiër in hart en nieren moet immers aan zijn trekken komen, maar hij hoeft het maar te vragen. Handig voor op surdo: Gijs is vrij muzikaal en weet dan ook wanneer iemand er neffe zit. Krijsend van ellende wordt dat vaak ook medegedeeld. Gijs lust bier!
André van Hoogstraten
Dré is altijd in beweging. Vanwege zijn wijsheid (want: ernstig 50+) heeft hij veel betekend voor o.a. Sambanda en repetitieruimte de Bron, waarna hij geridderd werd tot ‘The Sourceror’. Vervolgens heeft hij ook nog een lintje gekregen, waardoor Dr. Dré de enige is met blauw bloed. Blauw bloed serveert hij ook ’t meest, want Dré is ook nog eens Bavariahaler bij uitstek. En terug op shaker: Dr. Dré motha#@$&ers!!!
Ronald Jacobs (alias Geus)
Ronald vonden we geen leuke naam. Ronald zelf vond Frits geen leuke naam. En zodoende heet deze roodgetooide knaap tegenwoordig Rob ‘hier word ik niet vrolijk van’ Geus. Spreekt een aardig woordje nagesynchroniseerd Duits, en is na dit in Bremen gebruikt te hebben ook berucht als ‘the one-man-showman’. Overdag leest hij de les, maar op de repetitie wordt hem een lesje geleerd op timba. Sinds the Fonz hem is komen vergezellen heet de timbasectie ‘Simply Red’.
Dirk Melis (alias Sjefke)
Sjefke is een soort Maxime Hartman aan de ritalin. Komisch, onnavolgbaar, ietwat slomig en een onmisbare factor in het publieke bestel. Sjef is niet vies van wat improvisatie of andere herrie op caixa. Omdat zijn maat Dirk (zo heet Sjef ook eigenlijk) ook een aardig nootje wil misplaatsen vormt de snaresectie veelal een leutige bende. Sjef is een varkensboer en heeft derhalve niets met schapen, behalve als je daar ‘groot ge-‘ voor zet.
Jeroen van der Spank
Jeroen is geestelijk vader én voorzitter van de band. Daarom heeft hij het hoogste woord, praat hij het meest en fluit hij met de meeste consumptie. Hoewel de club regelmatig ter attentie moet worden geroepen door deze Hannibal is dat buiten repetities om vaak andersom. Men weet zich tegenwoordig hiertegen te wapenen door Spank te confronteren met zijn meest swingende lichaamsdeel: zijn neus.
Johan Swarts
Voormalig meester van ‘de Zorro’, tegenwoordig gelegenheids(surdo)speler. Johan is inzetbaar waar nodig en heeft zich dan ook meester gemaakt van het halve instrumentarium. Kan spoedig een éénmanssambaband oprichten. Zijn bouwschuur is inmiddels verbouwd tot huis, maar Johan was nooit te flauw deze beschikbaar te stellen. Wel te flauw: zijn humor.
Ruud Verhofstad (alias Karél)
Ruud is onder anderen via Sjefke (of was het die andere Dirk?) binnen gekomen en dat kan nooit veel goeds betekenen. Met deze Vent uit Venhorst wordt Sambanda er in ieder geval niet minder boers op. Karel (want: Rudi Carrell) neemt nu ook de zware verantwoordelijkheid over van Riny om de surdosectie in het gareel te houden. En als hem dat niet gaat lukken, gibt er unsere Fahrrad wieder. Als begenadigd vernietiger van drumstellen mag dat voor deze mooi- dan wel toyboy geen probleem zijn. Danke schön, Rudi!
Sjors Willems
Sjors heeft altijd alles onder controle. Promillages zeggen niets voor deze rots in de branding op hoge surdo. Is wel een vrij trage olifant. En hoewel Sjors in woord niet de hoogste toon voert, doet hij dat wel op mondharmonica. Is dan ook stiekem één van de Bremer Stadsmuzikanten. Ambieert stiekem een carrière als roastmaster. Zijn compaan Jan wil dan graag mee de teksten schrijven.
Wilant Wijdeven (alias Wheely)
Wilant is een gave naam. Maar ‘Wheely’, ‘Wile E. Coyote’ of gewoon Willie leek de leden van Sambanda ook vet. Discrete tatoeages van Chinese tekens op zijn schouder spellen volgens enkele leden ‘broodje frikandel’ (maar niemand kan Chinees, dus we hebben eigenlijk geen idee). In zijn vrije tijd spint Willlie de wheels of steel, maar binnen Sambanda poogt hij met de chocalho ritme te houden. Hier komen andere kwaliteiten van hem van pas, want Wheely is spitsvondig, sceptisch en stoutmoedig. Precies de kernwaarden die bij een goeie shaker passen! Toch?
Mochten er leden zijn die zich oprecht beledigd voelen door bovenstaande teksten dan graag kontakt zoeken met Teun. Don’t shoot the webmaster…